Examples of using "İzlanda" in a sentence and their dutch translations:
IJsland was fantastisch.
IJsland behoorde tot Denemarken.
IJsland behoorde vroeger toe aan Denemarken.
IJsland heeft een van de kleinste moslimgemeenschappen ter wereld.
IJsland is een eilandstaat in de Noord-Atlantische Oceaan tussen Groenland, de Faeröer en Noorwegen.
De minister-president van IJsland, Sigmundur Davíð Gunnlaugsson, trad af nadat het onthuld was dat zijn vrouw een offshore investeringsbedrijf had.