Examples of using "Prometió" in a sentence and their dutch translations:
- Tom heeft het beloofd.
- Tom beloofde.
Hij heeft beloofd terug te komen.
Hij beloofde om terug te komen.
Hij beloofde me om vroeg te komen.
Hij beloofde me om vroeg te komen.
Tom beloofde dat hij Mary zou helpen.
Ze beloofde me te komen.
Hij beloofde met haar te trouwen.
Hij beloofde me om vroeg te komen.
Hij beloofde niets te zeggen.
Ze heeft beloofd niet alleen uit te gaan.
Zij beloofde met hem te trouwen.
- Je had het beloofd.
- Je hebt het beloofd.
- Hij had me beloofd hier te komen.
- Hij had me beloofd hiernaartoe te komen.
Ze beloofde me dat ze mijn kamer op zou ruimen.
Hij beloofde een berg van goud.
Ze beloofde me dat ze mijn kamer op zou ruimen.
Tom heeft me beloofd dat hij dat zou doen.
Hij beloofde me om vier uur te zullen komen.
Hij beloofde me om vier uur te zullen komen.
Hij beloofde dat tegen niemand te zeggen.
Jim beloofde mij niet nog eens te komen.
Ze heeft niet beloofd hier weer te komen.
Zij beloofde niet opnieuw te laat te komen.
Hij deed wat hij mij beloofd had te doen.
- Dick had beloofd voor 3 uur terug te zijn.
- Dick beloofde om drie uur terug te zijn.
Ze beloofde hem te ontmoeten in een café.
Hij deed wat hij beloofd heeft voor mij.
Hij heeft mij beloofd dat hij zou komen om vier uur.
Tom beloofde Mary dat hij haar nooit zou verlaten.
Mijnheer Smith heeft zich nog niet laten zien, hoewel hij beloofd heeft te komen.
Cruciaal was dat Suchet ook bescherming beloofde tegen de vele Spaanse guerrillabands die
maar voelde al snel welke kant de wind waaide en beloofde steun.
Ney was geschokt door het vooruitzicht van een burgeroorlog en beloofde de koning dat hij