Examples of using "Próximo" in a sentence and their dutch translations:
Ik zal de volgende bus nemen.
Dit is de volgende!
- Volgend jaar zal ik zestien jaar zijn.
- Volgend jaar word ik zestien jaar.
Het examen begint komende maandag.
Vraag hem wanneer het volgende vliegtuig gaat.
Hou volgende zondag vrij.
We verhuizen volgende maand.
De volgende maandag is een vrije dag.
Volgend jaar word ik zeventien.
Ik zal Armenië volgend jaar bezoeken.
Komende woensdag is oké.
Wanneer vertrekt de volgende trein?
Wie is de volgende kandidaat?
Ik zie je woensdag.
We hebben een feest volgende zaterdag.
De school start de volgende maandag.
Volgend jaar gaat ze trouwen.
Het volgende concert zal in juni zijn.
Volgend jaar word ik zestien jaar.
Volgend jaar zal ik zestien jaar zijn.
We vliegen maandag vanop Narita.
Vraag hem wanneer het volgende vliegtuig gaat.
De volgende feestdag valt op een zondag.
onze vooruitgang in de komende eeuw bepalen.
Ik ben klaar. Wat is de volgende stap?
Volgende maand vertrek ik naar Australië.
Hij gaat volgende maand naar Parijs.
Volgende maand zal ze bevallen.
Ik neem vakantie volgende maand.
Volgende zomer wil ik naar Hawaï.
Wat doe je de volgende maandag?
Blijf in bed tot volgende maandag.
Hoe laat gaat de volgende trein?
Ik zal komende maandag thuis zijn.
Deze problemen zullen in de nabije toekomst worden opgelost.
Wanneer is de volgende trein naar Sloane Square?
We hebben beslist de vergadering uit te stellen tot volgende zondag.
Deze vergadering is verschoven naar vrijdag aanstaande.
- Volgend jaar ben ik drie keer zo oud als jij.
- Volgend jaar ben ik drie keer zo oud als jullie.
De planeet die het dichtst bij de zon staat is Mercurius.
Tom trouwt volgende maand.
Die problemen zullen in de nabije toekomst opgelost worden.
De bouw van het gebouw zal volgend jaar beginnen.
Ik ga niet naar Boston volgend weekend.
De volgende zondag gaan we onze tante bezoeken.
Ik ben van plan naar Frankrijk te gaan volgend jaar.
Tom is volgend weekeinde in Boston.
Hou volgende weeg zaterdagmiddag vrij, alsjeblieft.
We moeten het spel naar de volgende zondag verplaatsen.
We hebben besloten om de vergadering uit te stellen tot komende zondag.
Taxiprijzen gaan volgende maand omhoog.
Volgende zomer wil ik naar Hawaï.
Prins Charles zal de volgende koning van Engeland zijn.
Hier wordt volgend jaar een nieuw hotel gebouwd.
Ik zal de volgende bus nemen.
Hij stelde voor een andere bijeenkomst te hebben de volgende maandag.
Toms rijbewijs verloopt volgende maand.
Volgende maand zal er een nieuw filiaal in Chicago openen.
We verhuizen volgende maand.
Volgend jaar word ik zeventien.
Volgend jaar zouden zonnestormen een ramp kunnen betekenen voor het elektriciteitsnet.
Oh, ja? Op zoek naar overgewicht?
...zodat de show van de blue ghosts volgend jaar terugkeert.
Deze problemen zullen in de nabije toekomst worden opgelost.
Ik verhuis volgende maand.
Volgend jaar wil ik Chinees leren.
Hopelijk zullen we ooit in de nabije toekomst ook een Perzische Bloemlezing in het Esperanto hebben.
Volgende zomer wil ik naar Hawaï.
Volgende maand ga ik naar Parijs.
De volgende maand zal ze bevallen.
We gaan volgende maand naar Estland reizen.
Ik denk eraan naar Canada te gaan volgend jaar.