Examples of using "Pasarme" in a sentence and their dutch translations:
Kun je me de hamer aanreiken?
- Kunt u mij het zout even aangeven?
- Geef me het zout alstublieft.
Geef me het zout alsjeblieft.
Het zou mij niet kunnen gebeuren.
- Kunt u mij het zout even aangeven?
- Geef me het zout alsjeblieft.
- Geef me even het zout door, alsjeblief.
- Geeft u me het zout door, alstublieft.
- Geef me het zout door, alstublieft.
- Kunt u me het zout aangeven, alstublieft?
Geef me het zout alsjeblieft.
Ik wil er niet de rest van mijn leven spijt van hebben.