Examples of using "Escuchando" in a sentence and their dutch translations:
We zijn aan het luisteren.
- Ze luisteren.
- Ze zijn aan het luisteren.
Ik luisterde.
Luister je?
Ik luister.
Hij was naar muziek aan het luisteren.
Niemand luistert.
Ik ben naar muziek aan het luisteren.
Tom luistert.
Hij was aan het luisteren.
Luister je?
Ik luister naar de radio.
Luister je?
Luistert gij eigenlijk wel naar mij?
Tom luistert naar muziek.
Ik luister countrymuziek.
Laurie luistert naar muziek.
Ik luister.
De ouders luisteren.
- Ik viel in slaap, terwijl ik muziek beluisterde.
- Ik viel in slaap met muziek.
Tomás was naar muziek aan het luisteren.
Ze luisterde naar hem.
Ze luisteren naar de radio.
We luisteren naar Keltische muziek.
Ik luister naar muziek.
We luisteren naar muziek.
Tom luistert.
- Niemand luisterde naar de toespraak.
- Niemand luisterde naar de speech.
- Gisternacht luisterde ik naar de radio.
- Gisteravond luisterde ik naar de radio.
Iedereen luistert naar de voorzitter.
Niemand luistert.
Ik was niet naar de radio aan het luisteren.
Ik luisterde op de voorste rij --
Hij luisterde naar muziek op zijn kamer.
Ze luistert naar hem.
Ik luister naar het nieuwste liedje van Björk.
Vaak leer ik terwijl ik naar muziek luister.
Hij luisterde naar muziek op zijn kamer.
Luister je?
We luisteren naar de radio.
De ouders luisteren.
In mijn vrije tijd luister ik dikwijls naar muziek.
Ze luisterden naar de radio.
Ik wil je gejammer niet meer horen.
Ik denk dat deze Chinese jongen een moslim is. Hij luistert naar de Koran.
- Ik studeer dikwijls met muziek.
- Vaak leer ik terwijl ik naar muziek luister.
Ik hoor wat je zegt.
- Ik wil niets meer horen van je geklaag.
- Ik wil je gejammer niet meer horen.
- Ik wil je gejank niet meer aanhoren.
- Ik wil je geklaag niet meer horen.