Examples of using "¡di" in a sentence and their dutch translations:
- Ik gaf hem een oorvijg.
- Ik heb hem een oorvijg gegeven.
Zeg iets!
Zeg eens "aaa".
Ik ging wandelen.
Zeg alsjeblieft.
- Spreek de waarheid.
- Vertel de waarheid.
- Lach naar het vogeltje.
- Zeg kaas.
- Zeg 'aaa'.
- Zeg eens "aaa".
Ik gaf hem een oorvijg.
Ik gaf hem een boek.
- Ik gaf hem een oorvijg.
- Ik heb hem een oorvijg gegeven.
Zeg iets.
Ik heb hem een paar boeken gegeven.
- Vertel eens waar je aan denkt.
- Zeg wat je denkt.
Ik gaf hem mijn adres.
Ik gaf hem een oorvijg.
- Ik gaf hem nauwkeurige instructies.
- Ik gaf hem gedetailleerde instructies.
- Zeg steeds de waarheid.
- Zeg altijd de waarheid.
Wanneer heb ik je dat gegeven?
Ik heb hem het geld gegeven.
- Zeg gewoon nee.
- Zeg maar nee.
Ik realiseerde het me niet.
Ik gaf Tom een kans.
Ik gaf het aan mijn mama.
Maar dan besef je je...
Lieg niet. Zeg de waarheid.
Ik zei hem goedenacht.
Ik gaf Maria chocolade.
- Zeg "Dag" tegen uw vrienden.
- Zeg hallo tegen je vrienden.
Ik gaf Tom chocolade.
Ik gaf hem een gouden horloge.
- Ik gaf Tom een kalmerend middel.
- Ik gaf Tom een kalmeringsmiddel.
- Ik gaf Tom een sedatief.
Ik gaf Tom nog een kans.
Voor mij was het vanzelfsprekend dat zij zou komen.
In ruil gaf ik haar een pop.
En toen had ik door
Ik merkte op dat ik geobserveerd werd.
Ik gaf die arme jongen een kleinigheid.
Ik gaf mijn zus een woordenboek.
Ik gaf Tom een vals adres.
Ik gaf Tom al mijn geld.
Ik heb mijn zus een pop gegeven.
Ik gaf hem een kus op de wang.
Ik realiseerde me dat ik niet alleen was.
- Wie heeft de ruit gebroken? Zeg me de waarheid.
- Wie heeft het raam gebroken? Vertel de waarheid.
Ik heb hem het weinige geld gegeven dat ik bij mij had.
Ik gaf mijn zitplaats aan de oude vrouw.
En ik besefte dat ik iets bijzonders ontdekt had.
Ik wist niet dat je je zo slecht voelt.
Ik gaf de bedelaar al het geld dat ik had.
- Zeg "Dag" tegen uw vrienden.
- Zeg hallo tegen je vrienden.
Ik heb je verschillende kansen gegeven, maar je wist ze nooit te benutten.
Ik vond dat het plan onverstandig was.
- Ik merkte dat ze een nieuwe hoed droeg.
- Ik merkte dat ze een nieuwe hoed gedragen had.
Dan pas besefte ik wat hij had willen zeggen.
Ik gaf Tom al het geld dat ik bij me had.
Lieg niet. Zeg de waarheid.
en ik besefte dat ik begreep wat ze zei
Daar werd ik vrijwilliger bij meisjes van 5 tot 17 jaar
Ik realiseerde me niet dat die trollen me resistenter maakten --
En ik besefte me dat ze mij zo veel leerde.
Ik gaf haar een boeket als dank voor haar gastvrijheid.
Ik gaf hem drie boeken in ruil voor z'n hulp.
Hij is de persoon aan wie ik mijn woordenboek heb gegeven.