Examples of using "опоздать" in a sentence and their dutch translations:
Ze haastte zich zodat ze niet te laat zou zijn.
- Je wil niet te laat komen.
- U wil niet te laat komen.
- Jullie willen niet te laat komen.
Hij is bezorgd dat hij misschien te laat komt.
We hadden schrik dat we de trein zouden missen.
Tom wil zijn vlucht niet missen.
Ik haastte mij om de trein niet te missen.
Ik wil het vliegtuig niet missen.
Tom wil zijn vlucht niet missen.
We waren bang de trein te missen.
Hij haastte zich om de trein niet te missen.
Ik haastte mij om de trein niet te missen.
Ik had schrik dat ik te laat was.
Tom wil niet te laat komen.
Ik heb gelopen om op tijd te kunnen zijn.
Haast u. De trein vertrekt over enkele minuten. We willen hem niet missen.