Examples of using "Чьи" in a sentence and their dutch translations:
Van wie zijn deze papieren?
Van wie zijn ze?
Wiens klok is het?
Van wie zijn die boeken?
Tot wie behoren die pennen?
Wiens geld is dit?
Wiens sokken zijn dit?
Ik vraag mij af van wie de schaar is.
Wiens leger bevindt zich op de Krim?
en wier stem het regime wil verdoezelen;
Dat is de man wiens auto's gestolen zijn.
waarvan de epigenetische mechanismen erg op die van mensen lijken.
Shakespeare, wiens toneelstukken wereldberoemd zijn, leefde zo'n vierhonderd jaar geleden.