Examples of using "Маленькая" in a sentence and their dutch translations:
Nederland is een klein land.
Het boek is klein.
Jij kleine dief!
De vork is klein.
Ik ben klein.
hoe groot of hoe klein,
Nederland is een klein land.
De wereld is te klein.
De kamer is vrij klein.
Luxemburg is een klein land.
Dat boek is klein.
Dit is een klein boek.
Anna is een klein meisje.
Mijn kamer is erg klein.
Daar is een kleine spar.
Daar is een kleine spar.
Daar is een kleine spar.
Israël is een erg klein land.
Deze tas is niet klein.
Mijn kamer is echt klein.
Ik heb een beetje gezelschap nodig.
- Waar is mijn prinsesje?
- Waar is mijn kleine prinses?
Deze sombrero is heel klein.
Mary heeft kleine borsten.
Ik heb een kleine auto.
Ik ben klein.
De kleine grot is aangeveegd en veilig.
Ik heb een worstje.
De aarde is een kleine maar prachtige planeet.
Ze heeft een kleine zwarte hond.
De heldin van dat verhaal is een klein meisje.
Alleen gelaten begon het kleine meisje te huilen.
De kolibrie is de kleinste vogel ter wereld.
Holland is een klein land.
Er is een klein verschil.
Is dit de kleinste hond ter wereld?
Zij heeft een kleine zwarte hond.
- Dat boek is klein.
- Dit boek is klein.
Dit boek is het kleinste van alle boeken.
- Een kleine kop koffie kost twee euro.
- Een kleine kop koffie is twee euro.
Hoe klein is het?
- De kamer is nogal klein.
- De kamer is vrij klein.
De kliffen bieden wat veiligheid. Maar ze is achtergebleven.
Mijn zusje is te jong om naar school te gaan.
Tom vond het niet erg dat Maria kleine borsten had.
Mercurius is de kleinste van de acht planeten in het zonnestelsel.
- Hoe groot is jouw hond? De mijne is klein.
- Hoe groot is uw hond? De mijne is klein.
- Hoe groot is je hond? De mijne is klein.
Hij zeurt voortdurend dat hij een kleine kamer heeft.
Mijn appartement is klein.
Die doos is te klein om al deze dingen in te doen.
Sommigen zeggen dat Zweden maar een klein land is
- Is dat te klein?
- Is het te klein?
Het is erg klein.
Het is te klein.
In haar slaapkamer stond een tafeltje. En daarop stond een klein flesje.
Het is te klein.
Een kanarie is een kleine vogel en mensen houden hem soms als huisdier.
- Een kleine kop koffie kost twee euro.
- Een kleine kop koffie is twee euro.
Het is zes uur wanneer de grote wijzer op de twaalf staat en de kleine op de zes.
Ze is te jong om naar school te gaan.
Weggaan is een beetje doodgaan, maar doodgaan is meer dan weggaan.
Het was heel klein.
Mijn zusje is te jong om naar school te gaan.