Examples of using "Анна" in a sentence and their dutch translations:
Tot ziens, Anna!
Anna houdt van chocolade.
Ik vraag mij af wanneer Anna komt.
Ik vraag mij af wanneer Anna komt.
Anna is een klein meisje.
Dit cadeau werd mij gegeven door Ann.
Ann gaf mij dit geschenk.
Ann speelt heel goed tennis.
Anna houdt van chocolade.
Anne zal niet op ons feest komen.
Anna is getrouwd buiten weten van haar ouders.
We zullen met z'n drieën zijn: jij, Anna en ik.
Anna kent de eerste duizend cijfers van π van buiten.
Van de roman "Anna Karenina", van Leo Tolstoj, werden drieëndertig verfilmingen gemaakt.