Translation of "Zauważyłem" in Dutch

Zauważyłem… rekina.

Ik zag de haai.

- Zauważyłem.
- Zauważyłam.

Ik heb het opgemerkt.

Nie zauważyłem niczego podejrzanego.

Ik heb niets verdachts opgemerkt.

Zauważyłem, że nosiła nowy kapelusz.

- Ik merkte dat ze een nieuwe hoed droeg.
- Ik merkte dat ze een nieuwe hoed gedragen had.

Zauważyłem, że kierowcy autobusów nie potrafią hamować.

Ik heb gemerkt dat de buschauffeurs niet kunnen remmen.

Kiedy wróciłem do domu, zauważyłem że zgubiłem portfel.

Toen ik thuiskwam, merkte ik dat ik mijn portemonnee kwijt was.

Zauważyłem ją w chwili gdy wysiadła z autobusu.

Ik zag haar op het moment dat zij uit de bus was gestapt.