Translation of "Pamięć" in Dutch

0.005 sec.

Examples of using "Pamięć" in a sentence and their dutch translations:

Mam wybiórczą pamięć.

Ik heb een selectief geheugen.

Masz dobrą pamięć.

- Ge hebt een goed geheugen.
- Je hebt een goed geheugen.

Pamięć mnie zawodzi.

Mijn geheugen laat me in de steek.

Mam dobrą pamięć.

- Ge hebt een goed geheugen.
- Gij hebt een goed geheugen.
- Je hebt een goed geheugen.

Zna drogę na pamięć.

Ze kent de route uit haar hoofd.

Tom ma słabą pamięć.

Tom heeft een slecht geheugen.

Mój brat ma dobrą pamięć.

Mijn broer heeft een goed geheugen.

Mam słabą pamięć do nazwisk.

Ik ben slecht in achternamen onthouden.

Nauczmy się tego wiersza na pamięć.

Laten we dit gedicht uit ons hoofd leren.

Zapomniałem, że mam słabą pamięć krótkoterminową.

Ik was vergeten dat ik een slecht kortetermijngeheugen heb.

Im jesteśmy starsi, tym słabszą mamy pamięć.

Hoe ouder we worden, hoe slechter ons geheugen.

Muszę nauczyć się tego wiersza na pamięć.

- Ik moet dit gedicht van buiten leren.
- Ik moet dit gedicht uit mijn hoofd leren.

Próbowałem nauczyć się tej melodii na pamięć.

Ik probeerde de melodie uit mijn hoofd te leren.

Aby zrozumieć, dlaczego tak zapadł mi w pamięć.

om te begrijpen waarom het zo diep resoneerde.

Ten widok trwale wrył się jej w pamięć.

Die scène werd in haar geheugen gegraveerd.

On uczy się dla przyjemności układu okresowego na pamięć.

Hij leert voor de lol het periodiek systeem der elementen uit zijn hoofd.

Nauczył się pan na pamięć dwóch tysięcy słów po angielsku.

U heeft tweeduizend Engelse woorden uit het hoofd geleerd.