Examples of using "Czegoś" in a sentence and their dutch translations:
Bent je op zoek naar iets?
Er ontbreekt iets.
- Hebben jullie iets nodig?
- Heb je iets nodig?
- Heeft u iets nodig?
Ontbreekt er iets?
Dit hebben we geleerd.
- Wil je iets?
- Wilt u iets?
- Willen jullie iets?
Tom heeft iets nodig.
Er valt hier iets te leren.
- Heb je iets goedkopers?
- Heeft u iets goedkopers?
- Hebben jullie iets goedkopers?
Hij is met iets bezig.
Wil je iets om te drinken?
Ik moet iets eten.
Ik wil nu iets drinken.
Ik heb iets nodig om mee te schrijven.
Daartegen kan ik niets zeggen.
Verdragen kan onverdraaglijk zijn.
Hebben jullie geen dorst?
- Dat zou een Japanner nooit doen.
- Een Japanner zou zoiets nooit doen.
Misschien eekhoornnootjes. Zoiets.
Ik heb nog nooit zoiets gezien.
- Laten we iets proberen!
- Laat ons iets proberen.
- Dat zou een Japanner nooit doen.
- Een Japanner zou zoiets nooit doen.
Ik dacht dat je graag nieuwe dingen leerde.
Je hebt een plan B nodig voor het onvoorziene,
Mijn computer moet ergens goed voor zijn.
tot wat ik drie stille revoluties noem.
hebben we meer nodig dan radarmeetresultaten.
Je bent vlak bij iets buitengewoons.
Hij is een heer. Hij kan zoiets niet gezegd hebben.
Aarzel niet vragen te stellen indien je iets niet begrijpt.
Wat dacht je van een drankje?
Maar ondergoed... ...daar kan ik wel zonder.
Of we gebruiken dit touw, maken het ergens aan vast... ...en gaan abseilen.
Ik heb nog nooit in mijn leven een trein gehoord of gezien.
- Zet je schrap.
- Zet u schrap.
Dus moeten we eten wat we hebben? Of proberen iets stevigers te vinden?