Examples of using "Sami" in a sentence and their dutch translations:
Sami keek toe.
Sami vertrok.
Sami wist het.
Sami verdween.
Sami overleefde.
Sami keerde terug.
Sami belde.
Sami is aangekomen.
Sami wachtte.
Sami viel.
Sami heeft geantwoord.
Sami boerde.
Sami explodeerde.
Sami aanbad Allah.
Sami klaagde.
Sami legde alles uit.
Sami beschermde Layla.
Sami hertrouwde.
Sami verstopte zich.
Sami zag Layla.
Sami kookt.
Rookt Sami?
Sami groeide hier op.
- Sami is erg naïef.
- Sami is heel naïef.
Sami is nu moslim.
Sami keek in de spiegel.
Sami heeft koffie gemaakt.
Sami kwam terug naar de moskee.
Sami reciteerde de Koran.
Sami ging naar de moskee.
Sami ging de moskee in.
Sami bestelde een pizza.
Sami verliet de moskee.
Sami bestelde koffie.
Sami houdt van aardbeien.
Sami bezocht een moskee.
Sami bestelde de pizza.
Sami bestelde pizza.
Sami bezorgde pizza.
Sami las de Koran.
Sami las de Bijbel.
Sammy was jaloers.
Sami was moslim.
Sami rookt niet.
Sami is veganist.
Sami liep.
Sami rookte.
Sami stierf.
Sami loog.
Sami was gay.
Sami hield van de islam.
Sami praat over islam.
Sami bad.
Sami rijdt niet.
Sami had veel moslimvrienden.
Sami weet veel over de islam.
Sami wist hoe te vechten.
Sami heeft een dodelijk ongeluk gehad.
Sami nodigde Farid de moskee in.
- Sami las de hele Bijbel.
- Sami heeft de hele Bijbel gelezen.
Sami hoorde dat de Koran gereciteerd werd.
Sami's laptop verdween.
Sami had een zenuwinzinking.
Sami schreef een boek over de islam.
Sami reed naar de moskee.
Sami ging naar een moskee.
Sami ging terug naar die moskee.
Sami begon de Koran te lezen.
Sammy heeft daar zes maanden gewerkt.
Layla beschermde Sami.
Sami drinkt wijn.
Sami is vermoord.
Sami weet waar ik ben.
Sami is niet gay.
Sami kent deze plek.
Sami gaat naar de moskee.
Sami heeft veel kamelen.
Sami begrijpt dit niet.
Sami heeft een bijbel.
Sami is in de moskee.
Sami is hier voor een computer.
Sami wist niks van de Koran.
Sami vertaalde de Koran van het Arabisch naar het Engels.
Sami luisterde naar een paar verzen van de Koran.
Sami kwam om zes uur de moskee binnen.
Sami bestelde wat pizza.
Sami en Layla gingen naar de moskee.
Sami stopte met het lezen van de Koran.
Sami ging naar een lokale moskee.
Sami had Layla kunnen verdedigen.
Sami wilde de imam spreken.
Sami was geïnteresseerd in de Koran.
Sami houdt van countrymuziek.
Sami is een pathologische leugenaar.
Sami was sushi aan het eten.
Sami's kussen stinkt.
Sami reciteerde de Koran.