Translation of "Legge" in Dutch

0.016 sec.

Examples of using "Legge" in a sentence and their dutch translations:

- Legge.
- Lui legge.

Hij leest.

- Legge.
- Lei legge.

Ze leest.

- Legge molto.
- Lui legge molto.
- Lei legge molto.

- Hij leest veel.
- Ze leest veel.

- Legge molto.
- Lei legge molto.

Ze leest veel.

La legge è la legge.

Wet is wet.

- Legge volentieri.
- Lei legge volentieri.

Ze leest graag.

- Legge molto.
- Lui legge molto.

Hij leest veel.

- Leggete.
- Legge.
- Lei legge.
- Voi leggete.

- Jullie lezen.
- U leest.

- Legge dopo pranzo.
- Lei legge dopo pranzo.
- Legge dopo il pranzo.
- Lei legge dopo il pranzo.

Ze leest na de lunch.

- Ha violato una legge.
- Lui ha violato una legge.
- Violò una legge.
- Lui violò una legge.

Hij heeft een wet overtreden.

- Legge un libro.
- Lui legge un libro.

Hij leest een boek.

- È la legge.
- Quella è la legge.

- Zo is de wet.
- Dat zegt de wet.

Chi legge?

- Wie leest er?
- Wie is er aan het lezen?

Tom legge.

Tom leest.

- Sta leggendo.
- Lui sta leggendo.
- Legge.
- Lui legge.

- Hij leest.
- Hij is aan het lezen.

- Ha studiato legge ad Harvard.
- Lui ha studiato legge ad Harvard.
- Studiò legge ad Harvard.
- Lui studiò legge ad Harvard.

Hij studeerde rechten aan Harvard.

- Dobbiamo obbedire alla legge.
- Noi dobbiamo obbedire alla legge.

We moeten ons aan de wet houden.

Tom legge lentamente.

Tom leest langzaam.

Cosa legge Tom?

Wat leest Tom?

Legge il cinese.

Ze leest Chinees.

Tom cosa legge?

Wat leest Tom?

Non legge mai.

Hij leest nooit.

- Tom non legge più molto.
- Tom non legge più tanto.

Tom leest niet meer zoveel.

- Cosa leggete?
- Cosa legge?
- Voi cosa leggete?
- Lei cosa legge?

- Wat bent u aan het lezen?
- Wat zijn jullie aan het lezen?
- Wat lezen jullie?

- La buona guardia lo legge.
- La buona guardia la legge.

De bekwame bewaking leest het.

- La legge deve essere emendata.
- Sulla legge vanno apportati degli emendamenti.

De wet moet verbeterd worden.

- È uno studente di legge.
- Lui è uno studente di legge.

- Hij is een rechtenstudent.
- Hij is een student rechten.
- Hij is rechtenstudent.

Bisogna rispettare la legge.

Ge moet de wet volgen.

Questa è una legge.

Dit is een wet.

Hai infranto la legge.

Je hebt de wet gebroken.

Tutti conoscono la legge.

Iedereen kent de wet.

Lui violò una legge.

Hij heeft een wet overtreden.

- Ellie legge cinque libri la settimana.
- Ellie legge cinque libri alla settimana.

Ellie leest elke week vijf boeken.

La necessità non conosce legge.

Nood breekt wet.

L'omicidio è contro la legge.

Moord is tegen de wet.

Nessuno legge del mio paese.

Niemand las over mijn land.

Tom non legge molti libri.

Tom leest niet veel boeken.

- Chi sta leggendo?
- Chi legge?

Wie leest er?

Tom legge a sua figlia.

Tom leest voor aan zijn dochter.

Questa è una legge antica.

- Dat is een oude wet.
- Het is een oude wet.

La legge è stata modificata.

De wetgeving werd gewijzigd.

- Leggi troppo.
- Tu leggi troppo.
- Legge troppo.
- Lei legge troppo.
- Leggete troppo.
- Voi leggete troppo.

Je leest te veel.

Lui legge ogni mattina il giornale.

Iedere morgen leest hij de krant.

Tom legge la Bibbia ogni giorno.

Tom leest elke dag de Bijbel.

Questa legge è ancora in vigore.

Die wet is nog steeds van kracht.

L'abuso infantile è contrario alla legge.

- Kindermisbruik is strafbaar.
- Kindermisbruik is illegaal.

Tutti sono uguali davanti alla legge.

We zijn allen gelijk voor de wet.

Legge il giornale tutte le mattine.

- Iedere morgen leest ze de krant.
- Ze leest elke morgen de krant.

Il poliziotto deve dire "è la legge".

De politieagent moet zeggen "Zo luidt de wet."

- So che legge.
- So che sta leggendo.

Ik weet dat hij leest.

Tom legge un articolo sul sistema solare.

Tom leest een artikel over het zonnestelsel.

Questo è quello che dice la legge.

- Zo is de wet.
- Dat zegt de wet.

Mi domando a chi giovi questa strana legge.

Ik vraag me af voor wie deze vreemde wet bedoeld is.

Tom non legge un libro da cinque anni.

Tom heeft in vijf jaar geen boek gelezen.

- Leggi la Bibbia?
- Tu leggi la Bibbia?
- Legge la Bibbia?
- Lei legge la Bibbia?
- Leggete la Bibbia?
- Voi leggete la Bibbia?

- Leest u de Bijbel?
- Lees je de Bijbel?
- Lezen jullie de Bijbel?

- Che giornale leggi?
- Che giornale legge?
- Che giornale leggete?

- Welke krant lees jij?
- Welke krant leest u?

Un bambino che legge sarà un uomo che pensa.

Een kind dat leest wordt een volwassene die denkt.

Tom è seduto sul divano che legge una rivista.

Tom zit op de sofa een tijdschrift te lezen.

La nuova legge produrrà cambiamenti importanti nel sistema educativo.

De nieuwe wet zorgt voor belangrijke veranderingen in het onderwijssysteem.

- Quando apre una rivista, di solito legge per primo il suo oroscopo.
- Quando lui apre una rivista, di solito legge per primo il suo oroscopo.

Wanneer hij het tijdschrift opent, leest hij meestal eerst zijn horoscoop.

Adesso io leggo, tu leggi ed egli legge; noi tutti leggiamo.

Nu lees ik, lees jij en leest hij; wij lezen allen.

- Tom legge un libro di storia.
- Tom sta leggendo un libro di storia.

Tom leest een geschiedenisboek.

- Leggi il blog di Tom?
- Tu leggi il blog di Tom?
- Legge il blog di Tom?
- Lei legge il blog di Tom?
- Leggete il blog di Tom?
- Voi leggete il blog di Tom?

Lees jij Toms blog?

- Quanti libri leggi al mese?
- Quanti libri legge al mese?
- Quanti libri leggete al mese?

Hoeveel boeken leest ge per maand?

Il mondo è un libro, e chi non viaggia non legge che una sola pagina.

De wereld is een boek, zij die niet reizen lezen enkel de eerste bladzijde.

Il disegno di legge originale dei Democratici dava a tutti l'accesso a giorni di malattia retribuiti

De oorspronkelijke wet van de Democraten gaf iedereen toegang tot ziekteverlof...

- Che cosa leggi?
- Cosa leggete?
- Cosa stai leggendo?
- Cosa sta leggendo?
- Cosa state leggendo?
- Cosa legge?
- Cosa leggi?

- Wat ben je aan het lezen?
- Wat bent u aan het lezen?
- Wat zijn jullie aan het lezen?
- Wat lezen jullie?

Ogni individuo ha diritto ad un’effettiva possibilità di ricorso a competenti tribunali contro atti che violino i diritti fondamentali a lui riconosciuti dalla costituzione o dalla legge.

Een ieder heeft recht op daadwerkelijke rechtshulp van bevoegde nationale rechterlijke instanties tegen handelingen, welke in strijd zijn met de grondrechten hem toegekend bij Grondwet of wet.