Examples of using "Bello" in a sentence and their dutch translations:
- Leuk je te zien!
- Leuk om je te zien!
- Leuk u te zien!
- Leuk om u te zien!
- Leuk jullie te zien!
- Leuk om jullie te zien!
Ik ben mooi.
Ben ik mooi?
Hij is knap.
Mooi.
Is Tom knap?
Die man is knap.
- Het is mooi weer.
- Het weer is mooi.
- Het weer is prachtig.
Hij is erg knap.
Mooi.
- Dat klinkt mooi.
- Dat klinkt prachtig.
Ik ben knap?
- Hé, knapperd!
- Hé, schoonheid!
Dat kasteel is mooi.
- Ze zei dat hij er knap uitzag.
- Ze zei dat hij knap was.
- Hij is mooi en intelligent.
- Hij is knap en intelligent.
- Je bent een erg knappe man.
- U bent een erg knappe man.
Tom is knap.
Morgen zal het mooi weer zijn.
Vandaag is het mooi weer.
Mooi.
Het is mooi weer vandaag.
Vandaag is het mooi weer.
Ik ben mooi.
Het mooie is altijd vreemd.
Het is vannacht mooi weer.
- Jij bent mooi.
- Je bent mooi.
- Het is mooi weer vandaag.
- Het is lekker weer vandaag.
- Vandaag is het mooi weer.
Je jurk is heel tof.
- Het is mooi weer vandaag.
- Vandaag is het mooi weer.
- Ik heb een zeer mooie hond.
- Ik heb een erg mooie hond.
Dat kasteel is mooi.
Het is fijn om gewild te zijn.
Het is mooi.
Het kasteel is mooi.
Dit kasteel is mooi.
- Ge zijt mooi.
- Jij bent mooi.
De bloem is mooi.
Tom is erg knap.
De hond is mooi.
- Jouw jas is heel mooi.
- Je mantel is heel mooi.
- Het is mooi weer vandaag.
- Het is lekker weer vandaag.
- Vandaag is het mooi weer.
- Ge zijt mooi.
- Jij bent mooi.
- Jullie zijn mooi.
- Je bent mooi.
En best cool om te zien.
Gelukkig was het weer mooi.
Vandaag is het mooi weer.
Het weer is zo mooi!
Die brug is erg mooi.
Was de film goed?
Het was erg leuk je weer eens gezien te hebben.
We boffen dat het weer zo mooi is.
En best cool om te zien.
- Jouw jas is heel mooi.
- Je mantel is heel mooi.
- Al te goed is buurmans gek.
- Het is te mooi om waar te zijn.
Dat is mijn broer. Knap, niet?
Ierland is een erg mooi land.
- Italië is een heel mooi land.
- Italië is een prachtig land.
De hond is groen en mooi.
Alleen de waarheid is schoon.
Dat is mooi, en dit is ook mooi.
- Tom gaf me een heel mooi kerstcadeau.
- Tom heeft me een heel mooi kerstcadeau gegeven.
Vandaag is het mooi weer.
Want het mooie in die woestijn is,
Deze modder is goed koel.
IJzer is meer nuttig dan mooi.
Het is beter weer dan gisteren.
- Waar is de mooiste plaats op aarde?
- Waar is de mooiste plek van de wereld?
De wereld is mooi omdat hij veelzijdig is.
Wat mooi!