Examples of using "Allergica" in a sentence and their dutch translations:
Zij is allergisch voor katten.
Maria zegt dat ze allergisch is voor jongens.
Tom heeft een allergische reactie.
Ik ben allergisch voor pinda's.
Ik ben allergisch voor melk.
Ik ben allergisch voor gluten.
Ik ben allergisch voor honden.
Ik ben allergisch voor katten.
Ik ben allergisch voor vis.
Ik ben allergisch voor pollen.
Ik ben niet allergisch voor penicilline.
Ik ben erg allergisch voor pinda's.
Ik ben allergisch voor maïs.
Ben je voor iets allergisch?
Tom heeft een allergische reactie op iets dat hij heeft gegeten.
Ik ben allergisch voor sigarettenrook.
- Ben je niet allergisch voor pinda's?
- Bent u niet allergisch voor pinda's?
- Zijn jullie niet allergisch voor pinda's?
Ik denk dat ik allergisch ben voor die zeep.
Ik ben allergisch voor aspirine, penicilline en sulfamedicijnen.
Bent u allergisch voor een één of ander medicijn?
Tom heeft me verteld dat je allergisch bent voor katten.