Examples of using "Affare" in a sentence and their dutch translations:
Deal?
Het is een deal!
Akkoord!
Akkoord!
Dit gaat hem niet aan.
- De zaak is rond.
- De kogel is door de kerk.
Ik wil met deze zaak niets te maken hebben.
Het internet is een serieuze aangelegenheid.
Dat is zijn zaak niet.