Translation of "Trage" in Dutch

0.005 sec.

Examples of using "Trage" in a sentence and their dutch translations:

Trage mich!

Draag me!

Ich trage Kontaktlinsen.

Ik draag contactlenzen.

Ich trage bei.

Ik draag bij.

Ich trage meinen Silberschmuck.

Ik draag mijn zilveren sieraden.

Ich trage eine Brille.

Ik draag een bril.

Ich trage keine Uhr.

Ik draag geen horloge.

Ich trage nachts eine Sonnenbrille.

's Nachts draag ik een zonnebril.

Im Sommer trage ich kurzärmelige Hemden.

In de zomer draag ik shirts met korte mouwen.

Ich trage am Sonntag gewöhnlich Jeans.

Ik draag gewoonlijk een jeans op zondag.

Ich trage ein Buch in meiner Hand.

Ik heb een boek in mijn hand.

Ich trage meinen Badeanzug unter meinen Kleidern.

Ik draag mijn badpak onder mijn kleren.

- Ich bin Brillenträger.
- Ich trage eine Brille.

Ik draag een bril.

Ich trage nur zum Lesen eine Brille.

Ik draag alleen bij het lezen een bril.

Ich trage schon lange keine Krawatte mehr.

Ik draag allang geen stropdas meer.

Ich trage nicht jeden Tag Schlips und Kragen.

Ik draag niet iedere dag een das.

- Ich trage keinerlei Unterwäsche.
- Ich habe keine Unterwäsche an.

Ik draag helemaal geen onderbroek.

- Ich trage keine Socken.
- Ich habe keine Socken an.

Ik draag geen sokken.

- Ich trage fast jeden Tag eine Nietenhose.
- Ich habe fast jeden Tag eine Nietenhose an.
- Ich trage fast jeden Tag eine Jeans .

Ik draag bijna elke dag een spijkerbroek.

Ich trage coole Kleider und hab’ ’ne coole Sonnenbrille auf.

Ik draag coole kleren en een coole zonnebril.

- Ich trage eine blaue Nietenhose.
- Ich habe eine blaue Nietenhose an.

- Ik draag een blauwe spijkerbroek.
- Ik draag blauwe jeans.

Ich trage die Sonnenbrille nicht, um cool auszusehen, sondern um nicht verhaftet zu werden.

Ik draag geen zonnebril om er cool uit te zien, maar om niet gearresteerd te worden.

Trage deinen Namen in der Liste ein und reiche sie an die nächste Person weiter.

Zet je naam op de lijst en geef hem door aan de volgende persoon.

- Ich trage mich mit dem Gedanken, ins Ausland zu gehen.
- Ich überlege, ins Ausland zu gehen.

Ik denk erover naar het buitenland te gaan.

- Ich trage nicht gerne Schuhe ohne Strümpfe.
- Ich mag es nicht, Schuhe ohne Strümpfe zu tragen.

Ik hou er niet van schoenen zonder sokken te dragen.

- Ich trage mich mit dem Gedanken, ins Ausland zu gehen.
- Ich denke darüber nach, ins Ausland zu gehen.

Ik denk erover naar het buitenland te gaan.

- Ich habe nicht vor, irgendwelche Fragen zu beantworten.
- Ich trage mich nicht mit der Absicht, irgendwelche Fragen zu beantworten.

Ik ben niet van plan eender welke vraag te beantwoorden.

- Trage deinen Namen in der Liste ein und reiche sie an die nächste Person weiter.
- Vermerken Sie Ihren Namen auf der Liste und reichen Sie diese an die nächste Person weiter.

Zet je naam op de lijst en geef hem door aan de volgende persoon.