Examples of using "Früchte" in a sentence and their dutch translations:
Koop fruit!
Eet fruit!
Ik vreet vaak fruit.
Hij eet niets anders dan fruit.
Verkoop je fruit?
Welke vruchten vind je het lekkerst?
Ik eet fruit.
Hij eet niets anders dan fruit.
Hij plukt de vruchten van zijn arbeid.
Wij hebben enkel rijp fruit verzameld.
Ik eet een ananas.
Ik hou van fruit zoals druiven en perziken.
Een goede boom kan geen slechte vruchten geven.
Hij at de vruchten, ook al waren ze zuur.
Mijn boom had enkele bloesems maar geen enkele vrucht.
Neem wat fruit, als je wilt.
Ze bevatten slechts een paar dagen per jaar vruchten.
Een rotte appel in de mand maakt al het gave fruit te schand.
De beer eet dus een hoop nootjes... ...veel fruit...
's Nachts hebben ze de vruchten van het bos voor zichzelf.
De slechtste vruchten zijn niet waar de wespen aan knagen.
Hij eet niets anders dan fruit.
Hij eet niets anders dan fruit.
Mijn boom had enkele bloesems maar geen enkele vrucht.
Veel dieren gebruiken kleurwaarneming om fruit te vinden. Tijd voor een laatste maal voor het te moeilijk wordt om te zien.
Zwaar, heel zwaar valt het zaaien, maar zoet en gezegend zullen de vruchten zijn. Groot en belangrijk is uw rol. De hele Esperantowereld kijkt naar u en verwacht veel van u.