Examples of using "Angetan" in a sentence and their dutch translations:
Wie heeft je dat aangedaan?
- Wat heb je hem aangedaan?
- Wat heb je met hem gedaan?
- Wie heeft je dit aangedaan?
- Wie heeft je dat aangedaan?
Wat hebben jullie elkaar aangedaan?
- Ik weet wat Tom je aangedaan heeft.
- Ik weet wat Tom jullie aangedaan heeft.
- Ik weet wat Tom u aangedaan heeft.
- Ik weet wat Tom je aangedaan heeft.
- Ik weet wat Tom jullie aangedaan heeft.
- Ik weet wat Tom u aangedaan heeft.
Ik kan niet geloven dat jij mij dit hebt aangedaan.
Wat heb je Tom aangedaan?
Ik kan niet ophouden eraan te denken wat ze mij aangedaan hebben.