Examples of using "'fühlst" in a sentence and their dutch translations:
Wat voel je?
- Hoe voelt ge u?
- Hoe voel je je?
- Hoe voelt u zich?
Voelen jullie je vermoeid?
- Voel je je moe?
- Voelt u zich moe?
- Voelen jullie je moe?
- Voel je je uitgeput?
- Voelt u zich uitgeput?
- Voelen jullie je uitgeput?
- Voel je je schuldig?
- Voelen jullie je schuldig?
- Voelt u zich schuldig?
- Voelt ge u beter vandaag?
- Voel je je beter vandaag?
- Voelt u zich wat ziekjes?
- Voelt u zich wat slapjes?
Hij vroeg "hoe voel je je?"
Ik begrijp hoe je je voelt.
- Vertel me hoe je je voelt.
- Vertel me hoe u zich voelt.
Zit je goed in je vel?
- Hoe voelt ge u?
- Hoe voel je je?
- Hoe voelt u zich?
- Voelt gij u ziek?
- Voel je je ziek?
- Neem dit medicament, en ge zult u beter voelen.
- Neem dit medicijn, dan voel je je straks beter.
Ik wist niet dat je je zo slecht voelt.
Hoe voelt ge u vandaag?
- Gaat het goed met jullie?
- Gaat het goed met je?
- Gaat het goed met u?
- Zit je goed in je vel?
Neem dit medicament, en ge zult u beter voelen.
- Gaat het goed met jullie?
- Gaat het goed met je?
- Gaat het goed met u?
- Hoe gaat het vandaag met je?
- Hoe voelt ge u vandaag?