Examples of using "Bowling" in a sentence and their dutch translations:
- Bowl je?
- Bowlt u?
- Bowlen jullie?
- Kegelen jullie?
- Kegelt u?
- Kegel je?
- Hou je van bowlen?
- Houden jullie van bowlen?
- Houdt u van bowlen?
Kegelspel is mijn enige vermaak.