Examples of using "Tyyppi" in a sentence and their dutch translations:
Hé, makker!
Je bent me een rare.
Ik ben een druk baasje.
- Wie is deze kerel?
- Wie is deze vent?
Tom is een sympathieke kerel.
Ik ben saai.
- Die kerel ergert mij.
- Die vent ergert mij.
Deze jongen is geweldig.
Dat was een slecht konijn.
Tom is een moeilijke man om mee om te gaan.
- Hij is een geluksvogel.
- Hij boft maar.
- Je bent een goede vent.
- U bent een goede mens.
Ik ben cool.
- Tom is erg knap.
- Tom is zo cool.