Examples of using "Sinua" in a sentence and their dutch translations:
Ik zie u graag.
Ik mis je.
- Ik hou van je.
- Ik zie u graag.
- Ik hou van je!
- Ik hou van jou!
Ik geloof je.
- Ik hou van je.
- Ik zie u graag.
Ik haat je!
- Ik denk aan je.
- Ik denk aan u.
- Ik denk aan jullie.
- Ik heb u nodig.
- Ik heb je nodig.
- Ik heb jullie nodig.
- Met plezier zal ik je helpen.
- Ik zal je met plezier helpen.
- Ik help je graag.
Ik hou nog steeds van je.
Ik zou je graag kussen.
- Ik heb je gemist.
- Ik heb u gemist.
- Ik heb jullie gemist.
- Ik miste je.
- Ik miste u.
- Ik miste jullie.
Ik hou ook van jou.
Mary, ik hou van je!
Waar maak je je druk om?
Ik heb je nodig.
Ben je gewond?
- Ik hield van je.
- Ik hield van jullie.
- We hebben u nodig.
- We hebben je nodig.
- We hebben jullie nodig.
Ik bewonder je.
Ik mis je.
Ik dank u.
Ik zal u helpen.
- Ik hou van je!
- Ik hou van jou!
- Ik hou van u!
Ik verwijt u dat niet.
Wij zullen je helpen, goed?
Ik zal altijd van je houden.
Ik mis je.
Ik haat je.
- Ik hou van je.
- Ik hou van jou.
Ik begrijp jullie.
- Ik hou niet meer van je.
- Ik mag je niet langer.
Wat is jouw probleem?
Hoe vaak hebben ze je beschoten?
Er is telefoon voor je.
- Wat lach je nou?
- Waar lachen jullie om?
- Iedereen wacht op je.
- Iedereen wacht op u.
- Iedereen wacht op jullie.
Ik zal op je wachten.
Ik was je aan het zoeken.
Ik ken je niet.
- Zij heeft je nodig.
- Zij heeft u nodig.
Ik haat je nog steeds.
- Ik kan op u wachten.
- Ik kan op je wachten.
- Ik kan op jullie wachten.
Iemand roept je.
Ik begrijp u niet.
- Iemand houdt u in de gaten.
- Iemand houdt je in de gaten.
Ik hou van je!
Ik zou je niet de schuld geven.
Zij zal je beschermen.
Tom gelooft je.
- Ik denk aan je.
- Ik denk aan u.
- Ik denk aan jullie.
Mag ik je knuffelen?
Ben je moe?
Tom wacht op u.
Ik ga met u mee.
Ik mis je voortdurend.
Ik wil je zoenen.
- Ben je geïnteresseerd in politiek?
- Bent u geïnteresseerd in politiek?
- Zijn jullie geïnteresseerd in politiek?
Ik hou ook van jou.
- Tom houdt van je.
- Tom houdt van jou.
Ik denk de hele tijd aan jullie.
Ik mis je.
Waar doet het pijn?
Ik zou je graag kussen.
- Ik heb je overal gezocht.
- Ik heb jullie overal gezocht.
Mag ik jouw hand vasthouden?
- Ik mis je.
- Ik wil het zien.
- Ik wil je zien.
Ik zal op je wachten.
- Ik kan je amper verstaan.
- Ik kan u nauwelijks horen.
Ik kan je niet verstaan.
Vind je het erg als ik rook?
- Ik denk de hele tijd aan jullie.
- Ik denk de hele tijd aan je.
Wij gaan, maar zonder u.
Ik geloof dat jij mijn beste vriend bent.
Dit zou u kunnen interesseren.
Ik wil je niet helpen.