Examples of using "Juoksemaan" in a sentence and their dutch translations:
Kunt gij snel lopen?
Tom kan snel rennen.
- Mijn broer kan zeer snel lopen.
- Mijn broer kan heel hard lopen.
Hij kan niet erg snel rennen.
- Ik kan lopen.
- Ik kan rennen.
Ik leg hem hier uit, lanceer hem... ...en ren zo van de klif.
Dorpeling Lakchmamma was aan het werk in het veld... ...in Karnataka toen haar beste geit er ineens vandoor ging.
Hij kan niet erg snel rennen.