Examples of using "Haluun" in a sentence and their dutch translations:
- Ik wil een ijsje.
- Ik heb zin in een ijsje.
Ik wil een vriendin.
Ik wil je zoenen.
Ik wil helpen.
Ik wil dat boek lezen.
Ik wil meer tijd met mijn gezin doorbrengen.
Ik wil graag dat boek, dat ik laatst aan jou heb uitgeleend, weer terug hebben.
Ik zou het fijn vinden als je me het boek teruggeeft dat je onlangs van me geleend hebt.