Translation of "Promises" in Dutch

0.009 sec.

Examples of using "Promises" in a sentence and their dutch translations:

Promises aren't enough.

Beloven is niet genoeg.

Keep your promises.

Houd je aan je beloftes.

- He never breaks promises.
- He never breaks his promises.

Hij breekt nooit zijn beloften.

- I have always kept my promises.
- I always kept my promises.
- I've always kept my promises.

Ik heb me altijd aan mijn beloften gehouden.

Tom never breaks promises.

- Tom breekt nooit zijn beloftes.
- Tom houdt zich altijd aan zijn woord.

- I have always kept my promises.
- I've always kept my promises.

Ik heb me altijd aan mijn beloften gehouden.

- Don't make promises that you cannot keep.
- Don't make promises you can't keep.
- Don't make promises that you can't keep.

Maak geen beloftes waar je je niet aan kunt houden.

You shouldn't break your promises.

Je moet je beloftes niet breken.

He always kept his promises.

Hij hield altijd zijn beloften.

We should keep our promises.

We moeten onze beloftes houden.

We don't make any promises.

We beloven niets.

Who promises no more suicidal attacks.

die geen suïcidale aanvallen meer belooft.

He was always true to his promises.

Hij hield altijd zijn beloften.

One shouldn't make promises one can't keep.

Men moet geen beloftes doen die men niet kan nakomen.

- You ought not to break your promise.
- You shouldn't break your promises.

Je moet je beloftes niet breken.

They promise us the moon, but I suspect we can wait for the fulfillment of those promises till hell freezes over.

- Ze beloven ons gouden bergen, maar ik heb zo het vermoeden dat we op de vervulling van die beloften kunnen wachten tot sint-juttemis.
- Ze beloven ons gouden bergen, maar ik heb zo het vermoeden dat we op de vervulling van die beloften kunnen wachten tot de dag dat Pasen en Pinksteren op één dag vallen.