Examples of using "Could've" in a sentence and their dutch translations:
Hij kon het voor elkaar krijgen.
Hij zou haar hebben kunnen beschermen.
Dat heb ik nooit kunnen raden.
- Dat had u me wel eerder kunnen zeggen.
- Dat had je me wel eerder kunnen zeggen.
- Het had iedereen kunnen overkomen.
- Het had gelijk wie kunnen overkomen.
Wie zou de vissenkom gebroken kunnen hebben?
Jullie hadden dat best zelf kunnen doen.
- Dat had u me wel eerder kunnen zeggen.
- Dat had je me wel eerder kunnen zeggen.
Ik durf te zweren dat ik iets zag.
Ik zou willen dat ik Tom had kunnen ontmoeten.
Dat hadden ze zelf kunnen doen.
Ik had je op het vliegveld kunnen treffen.
Je had kunnen verdrinken!
Ik had kunnen helpen.
Je had kunnen rennen.
Mary had dat probleem zelf kunnen oplossen.
- Je had het kunnen doen.
- U had het kunnen doen.
- Jullie had het kunnen doen.
- Daar had ik kunnen intrappen.
- Je had mij kunnen misleiden.
We hadden meer kunnen doen.
Tom had gewaarschuwd kunnen worden.
Dat kon veel slechter zijn.
Tom en Mary zouden naar Boston zijn gegaan als ze hadden gekund.
Ik had kunnen helpen als je me had laten weten dat je hulp nodig had.
- Het had iedereen kunnen overkomen.
- Het had gelijk wie kunnen overkomen.
Dit had niemand kunnen voorspellen.
- Je had het ons gewoon kunnen vertellen.
- U had het ons gewoon kunnen vertellen.
- Jullie hadden het ons gewoon kunnen vertellen.
- Je had het ons gewoon kunnen zeggen.
- U had het ons gewoon kunnen zeggen.
- Jullie hadden het ons gewoon kunnen zeggen.
Je had dat best zelf kunnen doen.
Ik had langer kunnen wachten, denk ik.
Ik durf te zweren dat ik iets zag.
Ik weet niet wat er gebeurd kan zijn.
Ik zou willen dat ik Tom had kunnen ontmoeten.
- Ik denk dat ik het beter had kunnen doen.
- Ik vind dat ik het beter had kunnen doen.
Maar was er een snellere manier... ...om de medicijnen te bezorgen?
Ik had je op het vliegveld kunnen treffen.
Je had dat best zelf kunnen doen.