Examples of using "Zoen" in a sentence and their spanish translations:
- Kus hem. - Zoen hem.
Bésalo.
- Geef Tom een kus. - Geef Tom een zoen.
Dale un beso a Tom.
- Als je mij ijs koopt, dan zal ik je kussen. - Als je mij een ijsje betaalt, dan geef ik je een zoen.
Si me compras un helado, te doy un beso.
- Als je mij ijs koopt, dan zal ik je kussen. - Als je mij een ijsje koopt, dan geef ik je een kus. - Als je mij een ijsje betaalt, dan geef ik je een zoen.