Translation of "Jammer" in Portuguese

0.008 sec.

Examples of using "Jammer" in a sentence and their portuguese translations:

- Jammer.
- Jammer!

- Pena.
- Uma pena.

- Jammer.
- Helaas.
- Jammer!

Que pena.

- Wat jammer!
- Jammer!
- Dat is jammer.

- Que pena.
- Que pena!
- Pena!
- Que lástima!

- Jammer.
- Wat een schande!
- Wat jammer!
- Jammer!
- Dat is jammer.

Que pena!

- Jammer!
- Dat is jammer.

Pena!

Jammer.

É triste.

Jammer!

Triste!

Wat jammer!

- Que pena!
- Que falta de sorte!

Dat is jammer.

Isso é lamentável.

- Het is jammer als iemand sterft.
- Het is jammer wanneer iemand overlijdt.

É uma pena quando alguém morre.

Nancy had jammer genoeg gelijk.

Infelizmente, Nancy tinha razão.

Jammer dat ze ziek is.

É uma pena que ela esteja doente.

- Wat een schande!
- Dat is jammer.

- Que vergonha.
- Que pena!

Het is jammer wanneer iemand overlijdt.

É uma pena quando morre alguém.

Wat jammer dat ik geen tuin heb!

Que pena que não tenha um jardim!

Wat jammer dat je niet kan dansen!

Que pena que você não sabe dançar!

Jammer dat ik niet hoef af te vallen.

- É uma pena que eu não precise perder peso.
- É uma pena que eu não tenha que emagrecer.

Jammer genoeg kunnen wij je morgen niet helpen.

Infelizmente, nós não poderemos te ajudar amanhã.

Jammer dat ik dat gesprek niet heb gehoord.

Que pena que eu não ouvi a conversa.

Het is jammer dat je niet kunt komen.

- É uma pena que não possa vir.
- É uma pena que não possas vir.

- Jammer genoeg zijn die prachtige woorden niet mijn eigen woorden.
- Jammer genoeg zijn die prachtige woorden niet van mij.

Infelizmente essas lindas palavras não são minhas.

Jammer genoeg is het medicijn door de crash onbruikbaar.

Infelizmente, o desastre destruiu o precioso antídoto.

Jammer genoeg is het medicijn door de crash onbruikbaar.

Infelizmente, o desastre destruiu o precioso antídoto.

Maar jammer genoeg is dat niet de juiste reactie

Mas, infelizmente, essa não é a reação certa aqui.

Het is jammer dat je niet met ons mee kan.

É uma pena você não poder se juntar a nós.

Het is jammer dat hij niet met haar kan trouwen.

É uma pena que ele não possa se casar com ela.

- Ik vind het jammer dat ik je niet kan helpen.
- Het spijt me dat ik je niet kan helpen.

Lamento não poder ajudar você.