Translation of "Papier" in French

- Papier brandt.
- Het papier brandt.

Le papier brûle.

- Het papier is wit.
- Dit papier is wit.

Ce papier est blanc.

Papier brandt gemakkelijk.

Le papier brûle facilement.

Steen, papier, schaar.

Pierre, papier, ciseaux.

Papier is geduldig.

Le papier est patient.

Hebt ge papier?

As-tu du papier ?

Papier brandt snel.

Le papier brûle rapidement.

Het papier brandt.

Le papier brûle.

- Ik heb het papier verbrand.
- Ik verbrandde het papier.

J'ai brulé le papier.

- Ik wil een stuk papier.
- Ik wil een stukje papier.

Je veux du papier.

Dit papier is wit.

Ce papier est blanc.

Het papier is wit.

Le papier est blanc.

Heb je het papier gesneden?

As-tu coupé le papier ?

Elke soort papier is geschikt.

N’importe quel papier conviendra parfaitement.

Papier is uitgevonden in China.

Le papier fut inventé en Chine.

Ik heb wat papier nodig.

J'ai besoin de papier.

Papier is wit, steenkool zwart.

Le papier est blanc, le charbon est noir.

Geef me een vel papier.

Donne-moi une feuille de papier.

Geef mij een stuk papier.

- Donnez-moi un bout de papier !
- Donne-moi un bout de papier !

Breng een blad papier alstublieft.

- Veuillez apporter une feuille de papier.
- Apporte une feuille de papier, s'il te plaît.

Er was geen wc-papier.

- Il n'y avait pas de papier toilette.
- Il n'y avait pas de PQ.

Op papier was ik natuurlijk genezen:

Sur le papier, bien sûr, j'allais mieux :

Breng mij een stukje papier a.u.b.

Apporte-moi un morceau de papier s'il te plait.

Het is maar een stuk papier.

Ce n'est qu'un bout de papier.

Er lagen stroken papier op tafel.

Il y avait des bandes de papier sur la table.

Ik heb een balpen nodig en papier.

- Il me faut un stylo et du papier.
- J'ai besoin d'un papier et d'un stylo.

Vuur moet men niet inwikkelen in papier.

Il ne faut pas envelopper le feu dans du papier.

Het wordt gemaakt uit papier-maché en gips.

Il est construit avec du papier mâché et du plâtre.

En wikkelden het in touw, schapenhuid of papier

l'ont entourée de ficelle, de peau de mouton, de papier

Dit papier heeft een zeer groot opslorpend vermogen.

Ce papier a une très bonne capacité d'absorption.

- Geef me een pen en een paar bladen papier, alstublieft.
- Geef me alsjeblieft een pen en een paar vellen papier.

S'il vous plait, donnez-moi un stylo et du papier.

Was dat de eigenlijke magie niet op papier plaatsvindt,

la vraie magie n'a pas lieu sur papier.

- Er is geen wc-papier!
- Er is geen toiletpapier!

- Il n'y a plus de papier toilette !
- Il n'y a plus de PQ !

- Geeft u me een pen en een paar bladen papier, alstublieft.
- Geef me een pen en een paar bladen papier, alstublieft.

S'il vous plait, donnez-moi un stylo et du papier.

Maar hij en zijn directe buren maken bordspellen van papier

lui et ses prisonniers voisins créent des jeux de société en papier

Hij kan niet zeggen wat op het papier staat geschreven.

- Il ne peut pas dire ce qui est écrit sur le papier.
- Il ne peut dire ce qui est écrit sur le papier.

Vergeet niet om je papier te herlezen voordat je het inlevert.

- Assurez-vous de revoir votre papier avant de le remettre.
- Assure-toi de revoir ta copie avant de la remettre.

Geeft u me een pen en een paar bladen papier, alstublieft.

S'il vous plait, donnez-moi un stylo et du papier.

Er ligt een boek, een potlood en een vel papier op tafel.

Il y a un livre, un crayon et une feuille de papier sur la table.

- Zet dat op papier.
- Zet dat zwart op wit.
- Schrijf het op.
- Leg het schriftelijk vast.

- Mets ça par écrit.
- Mettez ça par écrit.
- Écris-le.

Laten we dit voorstel zwart op wit op papier zetten vooraleer we het aan de baas voorleggen.

Mettons cette proposition noir sur blanc avant que nous la soumettions au patron.