Examples of using "قرأت" in a sentence and their dutch translations:
Ik heb het boek gelezen.
- Ik heb een brief gelezen.
- Ik las een brief.
Ik heb het boek gelezen.
Emily heeft dat boek gelezen.
- Ik heb je boek gelezen.
- Ik heb uw boek gelezen.
- Ik heb jullie boek gelezen.
- Ik las je boek.
- Ik las uw boek.
- Ik las jullie boek.
Je hebt dit boek misschien al gelezen.
- Hebben jullie de krant van vandaag al gelezen?
- Heeft u de krant van vandaag al gelezen?
- Heb je de krant van vandaag al gelezen?
Gisteren las ik een interessant verhaal.
las ik 10 boeken, schreef 70 pagina's aan essays
Jaren later las ik een biografie van Albert Einstein.