Examples of using "أعرفه" in a sentence and their dutch translations:
Ik ken hem.
Ik ken hem niet.
Ik ken hem niet.
Ik nam alles wat ik wist over comedy:
Ik weet alleen niet of ze me ziek maken.
Ik zit er nu aan vast.
Maar ik weet zeker dat het veilig te eten is.
Maar wat ik zeker weet, is dat het veilig is om te eten.
Ik weet alleen dit.
Ik herkende het nummer niet, maar iets dwong me om het aan te nemen.
een grote stad waar ik tot dan toe alleen over gehoord had.
Maar wat ik niet weet is of het eentje is die me ziek maakt.