Examples of using "Kazandım" in a sentence and their dutch translations:
Ik heb gewonnen!
Ik heb gewonnen.
Ik won de lotto.
Ik was bijna gewonnen.
Ik heb de eerste prijs gewonnen.
Heb ik gewonnen?
Ik heb de race gewonnen.
Ik won de gouden medaille.
Ik heb veel geld verdiend.
Ja! Ik heb twee keer op een rij gewonnen!