Examples of using "Hindi" in a sentence and their dutch translations:
Maria heeft nog nooit een kalkoen gekookt.
- Hebt ge al kalkoen gegeten?
- Heb je al eens kalkoen gegeten?
Kalkoen, mond en een mond.
Nog één uur en de kalkoen is klaar.
Een kalkoen is iets groter dan een kip.
Omdat ze vegetariër is, at ze tofoe in plaats van kalkoen.
Wat zou je liever hebben met kerst? Ham of kalkoen? Geen van beide, ik ben veganist.