Examples of using "Exámenes" in a sentence and their dutch translations:
De leraar deelde de testen uit.
Ik wil niet zakken voor mijn examens.
Ik wil niet zakken voor mijn examens.
- Ik vind dat examens het onderwijs verpesten.
- Ik vind dat examens de opvoeding verpesten.
Ik vind dat examens het onderwijs verpesten.
We hebben examens, meteen na de zomervakantie.
Examens zijn meteen na de zomervakantie.
Luie studenten slaagden niet in hun eindexamens.
En als ze haar tests en behandeling ook thuis kon krijgen,