Examples of using "Bañando" in a sentence and their dutch translations:
Tom neemt een douche.
Terwijl ik in bad zat, belde de telefoon.
Ik was een bad aan het nemen toen de telefoon ging.
- Mary was aan het douchen toen Tom wakker werd.
- Toen Tom wakker werd, was Mary aan het douchen.
- Ik zit in bad.
- Ik ben een bad aan het nemen.
- Ik ben aan het baden.
Ik was een bad aan het nemen toen de telefoon ging.
- Ik zit in bad.
- Ik ben een bad aan het nemen.
- Ik zit nu in bad.
- Ik ben nu een bad aan het nemen.
- Ik ben aan het baden.
Terwijl ik in bad zat, belde de telefoon.