Examples of using "проходит" in a sentence and their dutch translations:
Alles gaat voorbij.
- Tijd verstrijkt snel.
- De tijd vliegt voorbij.
"Hoe gaat het met het onderzoek?" "Redelijk."
overbrugt de rivier met behulp van een pontonbrug.
Haar bezeten bedrijvigheid blijft niet onopgemerkt.
- Tijd verstrijkt snel.
- De tijd vliegt voorbij.
Is er hier een busroute?
de lucht die nu door je neusgaten stroomt.
De tijd gaat snel voorbij.
In de Verenigde Staten vindt om de tien jaar een volkstelling plaats.
Een lichtjaar is de afstand die het licht aflegt in een jaar.
De tijd vliegt voorbij.
Hoe sneller je hart slaat, hoe sneller het gif door je lichaam beweegt.
- In de Verenigde Staten vindt om de tien jaar een volkstelling plaats.
- In de Verenigde Staten vindt iedere tien jaar een volkstelling plaats.
Geen uur gaat voorbij zonder dat mijn gedachten in liefde bij jou zijn.
Het huwelijk is een ding, liefde een ander. De liefde gaat voorbij en de echtgenoot blijft.
En hij neemt het gedicht door in een zeer complexe metrische strofe, en hij sterft op zijn voeten,
Naarmate de tijd verstrijkt, verdwijnt de pijn beetje bij beetje.