Examples of using "Попроси" in a sentence and their dutch translations:
Vraag haar, mij op te bellen.
- Vraag het aan hen.
- Vraag het hem.
- Vraag hem.
- Vraag Tom om het uit te leggen.
- Vraag maar aan Tom om het uit te leggen.
Vraag Tom de borden op te ruimen.
Vraag hem alstublieft om naar mij te telefoneren.
Vraag Tom zijn gitaar mee te nemen.
Als je hulp nodig hebt, bel dan gewoon.
Vraag Tom morgen te komen.
Vraag hem mij te bellen.
- Vraag hen.
- Vraag het aan hen.
Vraag Tom me te bellen.
Vraag het aan papa!
Bied je excuses aan en ga naar je kamer.
- Vraag het aan Tom.
- Vraag Tom.
Bied Tom je verontschuldigingen aan.
Vraag het opnieuw aan Tom!