Examples of using "Cheguei" in a sentence and their dutch translations:
Ik ben thuis.
- Ik ben gisteren aangekomen.
- Ik kwam gisteren aan.
Ik kwam aan in Londen.
- Ik ben gisteren aangekomen.
- Ik kwam gisteren aan.
Ik ben goed aangekomen.
Ik arriveerde te vroeg.
- Ik ben gisteren gekomen.
- Ik kwam gisteren.
Ik arriveerde te laat.
Ik kwam, ik zag, ik overwon.
Ik ben er te vroeg aangekomen.
Ik ben hier gisteravond aangekomen.
Het was bijna donker toen ik aankwam.
Ik kwam aan om middernacht.
- Ik was te laat op school.
- Ik kwam te laat op school.
Ik kwam hier gisteren aan.
We zijn op de klif aangekomen.
Ik arriveerde daar te vroeg.
Gisteren kwam ik te laat op school.
- Ik ben er weer! O, hebben we visite?
- Ik ben er weer! O, hebben we bezoek?
- Om zeven uur kwam ik thuis.
- Ik kwam om zeven uur thuis.
Ik kwam op het antwoord door het te benaderen.
Ik kwam niet op tijd op school.
Ik kwam hier aan rond vijf uur.
Ik kwam thuis met lege handen.
Ik kwam niet op tijd op school.
Ik kwam, ik zag, ik overwon.
Ik was te laat op school.
Ken was aan het lezen toen ik thuiskwam.
Ik ben op tijd op school gekomen.
Ik heb geen idee hoe ik hier ben gekomen.
Het was behoorlijk donker toen ik thuiskwam.
Toen ik thuiskwam, was Tom aan het studeren.
- Ik ben later dan gewoonlijk gearriveerd.
- Ik ben later dan gebruikelijk aangekomen.
Ik ben zo snel als ik kon hierheen gekomen.
We zijn bovenaan de klif. Wat een uitzicht.
Ik ben rond half drie in Kobe aangekomen.
Toen ik thuiskwam, merkte ik dat ik mijn portemonnee verloren had.
Aangezien ik zeer snel liep, kwam ik op tijd aan om de laatste trein te halen.
Ik vond het vreemd dat de deur open was toen ik thuiskwam.
Toen ik thuiskwam, was mijn broer zijn huiswerk aan het doen.
Ik was al aan het denken dat je niet ging komen.
Ik rende zo snel als ik kon, maar ik haalde de laatste trein niet.