Translation of "Wino" in Dutch

Przyniosę wino.

Ik breng wijn.

Mamy wino.

We hebben wijn.

Pijesz wino?

Drink je wijn?

Tom lubi wino.

Tom houdt van wijn.

Ona lubi wino.

Zij houdt van wijn.

Europejczycy kochają wino.

Europeanen drinken graag wijn.

To wino jest doskonałe.

Het is uitstekende wijn.

Europejczycy lubią pić wino.

Europeanen drinken graag wijn.

Europejczycy piją chętnie wino.

Europeanen drinken graag wijn.

To wino jest dobre.

Deze wijn is goed.

Tom pije czerwone wino.

Tom drinkt rode wijn.

Wino robi się z winogron.

Wijn wordt van druiven gemaakt.

Wolisz wino białe czy czerwone?

Wil je graag witte of rode wijn?

Od elektryki wino się psuje.

Van elektriciteit bederft de wijn.

Jezus przemienił wodę w wino.

Jezus veranderde water in wijn.

Wytwarzane tu wino jest bardzo sławne.

De wijn die hier geproduceerd wordt is erg bekend.

Czerwone wino dobrze pasuje do mięsa.

Rode wijn past goed bij vlees.

Lubię białe wino bardziej niż czerwone.

Ik heb liever witte wijn dan rode.

Wino to poezja wlana do butelek.

Wijn is gebottelde poëzie.

Wolałbyś pić wino z mamą czy z tatą?

Zou je liever wijn drinken met je moeder of met je vader?