Translation of "Mięso" in Dutch

0.035 sec.

Examples of using "Mięso" in a sentence and their dutch translations:

- Czy jesz mięso?
- Jesz mięso?
- Jecie mięso?

- Eet u vlees?
- Eet je vlees?

Masz mięso.

Jij hebt vlees.

Jem mięso.

Ik eet vlees.

Zjadłem mięso.

Ik heb het vlees opgegeten.

Mięso, proszę.

- Vlees a.u.b.
- Vlees, alsjeblieft.
- Vlees, alstublieft.

Jesz mięso?

Eet je vlees?

Mięso jest zamrożone.

Het vlees is bevroren.

Mięso źle smakuje.

Het vlees smaakt slecht.

Pokroił nożem mięso.

Hij sneed het vlees met een mes.

Lew je mięso.

De leeuw is vlees aan het eten.

Przeciął mięso nożem.

Hij sneed het vlees met een mes.

To dobre mięso.

Dit is goed vlees.

To jest mięso.

Dit is vlees.

To mięso jest zgniłe.

...dat het vlees verrot is.

Wkrótce zaczną jeść mięso.

En spoedig zullen ze vlees gaan eten.

Całe mięso było niedobre.

Al het vlees was slecht.

Naprawdę lubię czerwone mięso.

Ik hou erg van rood vlees.

To mięso to kurczak.

- Dit vlees is kippenvlees.
- Dat vlees is kip.

Które mięso smakuje najlepiej?

Welk vlees smaakt het beste?

Wolę mięso od ryby.

Ik heb liever vlees dan vis.

To mięso śmierdzi zepsuciem.

Dit vlees ruikt vies.

To mięso jest twarde.

Het vlees is taai.

Lodówka trzyma mięso w świeżości.

Een koelkast houdt vlees vers.

Nawet jeśli mięso jest oskubane, wciąż można ją wykorzystać.

Zelfs als al het vlees eraf is... ...kun je veel gebruiken.

Surimi wygląda jak mięso z kraba, ale w rzeczywistości to mintaj.

Ja, surimi ziet eruit als krabvlees, maar het is eigenlijk koolvis.

Chociaż mój kolega był wegetarianinem, nie powiedziałem mu, że zupa zawiera mięso.

Hoewel mijn vriend vegetariër was, heb ik hem niet gezegd dat er een beetje vlees in de soep zat.