Examples of using "Kocsit" in a sentence and their dutch translations:
Mijn vader heeft een nieuwe auto gekocht.
Waar kan ik een auto huren?
Wilt u de auto herstellen?
- Ik wil een wagen huren.
- Ik wil een auto huren.
Ik heb een auto gekocht.
Volg die auto.
Ik heb gisteren een auto gehuurd.
- Ik heb die auto gekocht.
- Ik kocht die auto.
Waarom wil je zo'n oude auto?
Mijn vriend kocht een gele auto.
Waarom wil je zo'n oude auto?
Ik heb een auto gekocht.
Ga je echt die auto kopen?
Ik wilde de auto kopen, maar ik ben arm.
Start de auto.
Zet de auto in de garage.