Examples of using "Vettem" in a sentence and their dutch translations:
Begrepen.
Ik heb een half dozijn eieren gekocht.
Ik kocht een boek.
- Ik heb een hoed gekocht.
- Ik kocht een hoed.
Ik heb erover nagedacht.
Ik heb het gisteren gekocht.
Ik kocht bloemen.
Ik kocht veel boeken.
Ik kocht een nieuwe auto.
Onlangs heb ik een camera gekocht.
Ik kocht veel boeken.
Ik kocht ze elk een cadeau.
Ik heb een horloge gekocht.
Ik heb een paraplu gekocht.
Ik heb vers brood gekocht.
Ik heb één zak gekocht.
Ik kocht een wollen trui.
- Gisteren heb ik een boek gekocht.
- Gisteren kocht ik een boek.
Ik heb een cactus gekocht.
Ik kocht dat vorig jaar.
Ik kocht een tiental eieren.
Ik heb veel doeken gekocht.
Ik heb een auto gekocht.
- Ik kocht een schaar.
- Ik heb een schaar gekocht.
Ik heb het.
- Echt waar? Dat had ik niet gemerkt.
- Serieus? Dat was me niet opgevallen.
- Ik kocht twee flessen melk.
- Ik heb twee flessen melk gekocht.
Ik heb het vorige week gekocht.
Ik heb een oude lamp gekocht.
- Ik heb mijn wraak genomen.
- Ik heb wraak genomen.
Ik heb ze niet gekocht.
Ik heb een rode auto gekocht.
Ik kocht een klok voor haar.
- Ik weet niet meer waar ik het heb gekocht.
- Ik kan het me niet herinerren waar ik het heb gekocht.
Ik kocht negen bloemen.
- Ik heb die auto gekocht.
- Ik kocht die auto.
Ik heb een half dozijn eieren gekocht.
Ik heb dat op het treinstation gekocht.
Ik heb van alles gekocht.
Ik heb een oude lamp gekocht.
Ik vatte zijn opmerking op als een dreiging.
Ik heb het gekocht voor twaalf dollar.
Ik kocht een nieuwe auto.
Ik heb een nieuwe naaimachine gekocht.
- Gisteren heb ik een boek gekocht.
- Gisteren kocht ik een boek.
- Ik heb een elektrische fiets gekocht.
- Ik kocht een elektrische fiets.
- Ik heb een elektrische fiets gekocht.
- Ik kocht een elektrische fiets.
Ik heb een boek over dieren gekocht.
- Ik heb een brood gekocht bij de bakker.
- Ik kocht bij de bakker een brood.
- Ik hoorde jou.
- Ik hoorde jullie.
- Ik hoorde u.
- Ik heb hem een nieuwe auto gekocht.
- Ik heb een nieuwe auto voor hem gekocht.
Ik kocht een fototoestel voor dertig dollar.
- Ik kocht haar een nieuwe auto.
- Ik heb haar een nieuwe auto gekocht.
- Ik heb een nieuwe auto voor haar gekocht.
Ik nam niet deel aan het gesprek.
Ik kocht deze trui gisteren.
Ik kocht een ananas in de supermarkt.
Ik nam alles wat ik wist over comedy:
En ik dacht aan de klassieke symbolen:
Ik heb een mooi kerstcadeau voor haar gekocht.
Ik heb dat boek niet gekocht.
Het spijt mij dat ik een nieuw huis gekocht heb.
Ik heb een auto gekocht.
Ik heb mijn huis twee jaar geleden gekocht.
Waar is het overhemd dat ik voor je gekocht heb?
Toen ik zag dat het regende, heb ik mijn paraplu gepakt.
Dit is het horloge dat ik gisteren gekocht heb.
Ik trok mijn lievelingsjurk aan naar het feest.
- Ik heb een rode das gekocht.
- Ik heb een rode stropdas gekocht.
Ik ben even bij de boekwinkel langsgegaan en heb een interessant boek gekocht.
Ik heb een paar schoenen gekocht.
Ik heb haar een polshorloge gekocht.
Ik laat je de auto zien die ik net gekocht heb.
Ik heb het vorige week gekocht.
Ik heb één enkel boek gekocht, dat ik aan een student gegeven heb.
- Ik had niet beseft hoe belangrijk dit voor je is.
- Ik had me niet gerealiseerd hoe belangrijk dit voor je is.
Ik draag mijn badpak onder mijn kleren.
Ik woonde zijn begrafenis bij.