Examples of using "Fuss" in a sentence and their dutch translations:
- Blijf rennen.
- Blijf lopen.
- Ren!
- Weglopen!
- Ren weg!
- Vlucht.
Ren zo snel als je kan.
Ren zo snel als je kan.
Ren voor je leven!
Ren zo snel als je kan.
Wie begonnen is met koken, loopt beter niet weg van het vuur.