Examples of using "Tulen" in a sentence and their dutch translations:
- Ik kom.
- Ik kom al.
- Ik kom eraan.
- Ik kom graag.
- Ik kom met plezier.
Ik kom uit Griekenland.
Ik zal u vergezellen.
- Ik zal me later bij jullie aansluiten.
- Ik kom later.
Ik kom uit de toekomst.
Ik kom terug.
Ik kom uit Europa.
- Ik kom.
- Ik kom eraan.
Ik ben zo terug.
We haastten ons in de richting van het vuur.
Wil je dat ik kom?
Ik kom uit een groot gezin.
We zaten in een kring rond het vuur.
Ik kom per trein.
Om zes uur ben ik terug.
Ik ben zo terug.
Ik zal er morgen zijn.
- Ik zal uw eerste patiënt zijn.
- Ik zal je eerste patiënt zijn.
Ik ga een nieuwe auto kopen.
Ik ben zo terug.
Maar als we een groot vuur maken dat afschrikt...
Later zal ik voor mijn ouders zorgen.
Wacht hier tot ik terugkom.
Ik ben zo terug met jullie drankjes.
Ik zou blij zijn als je kwam.
Ik ben zo terug.
Ik zal de koffie drinken.
- Ik bel ze morgen, als ik weer terug ben.
- Ik bel ze morgen, wanneer ik weer terug ben.
Ik weet niet precies wanneer ik terug zal zijn.
Ik ga even brood kopen.
- Wacht alstublieft tot ik terugkom.
- Wacht alsjeblieft tot ik terugkom.
Ik ben over een uur terug.
Ik moet boodschappen doen. Ik ben over een uur terug.
Ik kom van een planeet genaamd aarde.
Ik zou blij zijn als je kwam.
- Kan ik binnenkomen?
- Mag ik binnenkomen?
Hoe ouder ik word, hoe beter ik dingen herinner die nooit gebeurd zijn.
Het spijt me dat ik zo laat ben.
Zelfs als het bij de eerste poging niet lukt, kunnen we verder neuken tot ik zwanger word.
Mag ik weer komen?