Translation of "Oma" in Dutch

0.005 sec.

Examples of using "Oma" in a sentence and their dutch translations:

Ole oma itsesi.

Wees jezelf.

Oma kehu haisee.

Eigen lof stinkt.

Molemmilla oli oma roolinsa.

...waarbij we allebei een andere rol hadden.

Hänellä on oma huone.

Hij heeft zijn eigen kamer.

Tehdään tähän luonnon oma patja.

We bouwen het op als een natuurlijk matras.

Se oli hänen oma vikansa.

Het was zijn eigen schuld.

Uskotaan että valailla on oma kielensä.

Er wordt aangenomen dat walvissen hun eigen taal hebben.

On paljon tähtiä suurempia kuin oma aurinkomme.

- Er bestaan veel sterren die groter zijn dan onze zon.
- Er zijn veel sterren die groter zijn dan onze zon.

Isäni sanoi aina: ”Oma apu paras apu.”

Mijn vader zei altijd dat de hemel diegenen helpt die zichzelf helpen.

Se toimi tarkoituksellisesti oma turvallisuus ja selviytyminen mielessä.

Dat doen ze met opzet om te zorgen voor hun eigen veiligheid en overleving.

- Ei ole kodin voittanutta.
- Oma koti kullan kallis.

- Oost, west, thuis best.
- Zoals het klokje thuis tikt, tikt het nergens.
- Oost west, thuis best.