Examples of using "Prefers" in a sentence and their dutch translations:
Tom heeft liever blondjes.
Maria blijft het liefst.
Ze verkiest bloedappelsienen.
- Ze heeft liever bier dan wijn.
- Ze houdt meer van bier dan van wijn.
Katten hebben liever vis dan vlees.
Mary zegt dat ze liever rode wijn drinkt.
- Tom eet het liefst friet met ketchup.
- Tom eet het liefst frieten met ketchup.
- Tom eet het liefst frietjes met ketchup.
- Tom eet het liefst patat met ketchup.
Maria trekt zich liever terug met een boek.
- Tom voelt zich ongemakkelijk bij het woord "queer" en geeft de voorkeur aan "lhbt."
- Tom voelt zich ongemakkelijk bij het woord "queer" en geeft de voorkeur aan "lgbt."
Tom heeft liever thee dan koffie.
Katten hebben liever vis dan vlees.