Translation of "Nor" in Dutch

Nor can I.

- Ik ook niet.
- Evenmin kan ik.

Neither fish nor fowl.

Vlees noch vis.

- I have never killed nor injured anybody.
- I've never killed nor injured anybody.
- I've never killed nor injured anyone.

Ik heb nog nooit iemand gedood of verwond.

She's neither rich nor famous.

Ze is noch rijk, noch beroemd.

He neither smokes nor drinks.

Hij rookt noch drinkt.

He neither wrote nor telephoned.

- Hij schreef noch telefoneerde.
- Hij heeft niet geschreven noch gebeld.
- Hij heeft niet geschreven en ook niet gebeld.

- Nor am I.
- Me too.

- Ik ook.
- Ik ook!

I neither smoke nor drink.

Ik rook noch drink.

- Nor am I.
- Me neither.

Ik ook niet.

Neither the one nor the other.

Noch het ene, noch het andere.

I want neither meat nor fish.

Ik wil vlees noch vis.

Tom can neither read nor write.

Tom kan lezen noch schrijven.

Skunks fear neither dogs, nor men.

Stinkdieren vrezen geen honden, evenmin mannen.

He knows neither me, nor you.

Hij kent noch mij noch jullie.

I have neither time nor money.

Ik heb tijd noch geld.

Money cannot buy health, nor happiness.

Geld brengt noch gezondheid noch geluk.

Neither Tom nor Mary did that.

Noch Tom noch Maria hebben dat gedaan.

Neither Tom nor Mary are hungry.

Zowel Tom als Mary hebben geen honger.

Neither a borrower nor a lender be!

- Beter kopen dan lenen!
- Die leent heeft schade of schande.
- Lenen kost geld!

Neither he nor his wife were present.

Noch hij noch zijn vrouw waren er.

I can speak neither French nor German.

- Ik spreek geen Frans of Duits.
- Ik spreek noch Frans noch Duits.

Neither Tom nor Mary worked for John.

Noch Tom noch Mary werken voor John.

Neither he nor his wife was there.

Noch hij noch zijn vrouw waren er.

- I can not go, nor do I want to.
- I can't go, nor do I want to.

Ik kan niet weggaan, en dat wil ik ook niet.

Nor that air pollution is hiding a warming

of over het feit dat luchtvervuiling een opwarming verbergt,

Neither Tom nor Mary likes eggplant very much.

Noch Tom noch Mary houdt erg van aubergine.

I can't go, nor do I want to.

Ik kan niet weggaan, en dat wil ik ook niet.

She is neither at home nor at school.

Zij is noch in huis noch op school.

Neither Tom nor Mary died in the accident.

Tom noch Maria stierven in het ongeluk.

Neither Tom nor Mary wants to do that.

Noch Tom, noch Maria willen dat doen.

Neither Tom nor Mary needs to do that.

Noch Tom, noch Maria moeten dat doen.

Tom is neither at home nor at school.

Tom is noch thuis noch op school.

- I am not rich, nor do I wish to be.
- I'm not rich, nor do I wish to be.

- Noch ben ik rijk, noch wil ik rijk worden.
- Ik ben niet rijk en wil dat ook niet zijn.

I mean, social media is neither good nor bad.

Ik bedoel dat social media goed noch slecht zijn --

Maria knew neither his name nor his phone number.

Maria kende noch zijn naam, noch zijn telefoonnummer.

I can't read French, nor can I speak it.

Ik kan Frans lezen noch spreken.

This bird lives neither in Japan nor in China.

Deze vogel leeft in Japan noch in China.

This Bavarian Leberkäse doesn't contain any cheese nor liver.

Deze Beierse leverkaas bevat geen kaas of lever.

I do not know how to read nor write.

Ik kan lezen noch schrijven.

I'm not rich, nor do I wish to be.

Ik ben niet rijk en wil dat ook niet zijn.

Neither Tom nor Mary has been released from prison.

Noch Tom noch Mary is uit de gevangenis ontslagen.

- She is neither in the kitchen nor in the living room.
- She's neither in the kitchen nor in the living room.

Zij is niet in de keuken en ook niet in de zitkamer.

A mathematical truth is neither simple nor complicated; it is.

Een wiskundige waarheid is eenvoudig noch ingewikkeld, die is gewoon.

I am not rich, nor do I wish to be.

- Noch ben ik rijk, noch wil ik rijk worden.
- Ik ben niet rijk en wil dat ook niet zijn.

- I neither smoke nor drink.
- I don't smoke or drink.

Ik rook noch drink.

Tom is not religious, nor does he believe in God.

Tom is niet religieus en hij gelooft ook niet in God.

Neither Tom nor Mary has decided to move to Boston.

Noch Tom noch Mary heeft besloten naar Boston te verhuizen.

“My troops will not impede you harvests nor overcrowd your cities.

“Mijn troepen zullen jullie oogsten niet belemmeren, noch je steden overbevolken.

- Nor can I.
- Me neither.
- Neither am I.
- Neither do I.

Ik ook niet.

She is neither in the kitchen nor in the living room.

Zij is niet in de keuken en ook niet in de zitkamer.

- Nor am I.
- Me neither.
- Neither am I.
- Neither do I.

Ik ook niet.

I do not wake you to wine nor the whispers of women,

Ik maak je niet wakker met wijn of het gefluister van vrouwen,

I was unable to attend the party, nor did I want to.

Ik kon niet op het feestje komen, en wilde dat ook niet.

I found my father neither in his room nor in the garden.

Ik vond mijn vader noch op zijn kamer, noch in de tuin.

- Neither Mary nor John can swim.
- Mary and John both can't swim.

- Mary en John kunnen allebei niet zwemmen.
- Mary en John kunnen geen van beiden zwemmen.

- I can't make head nor tail of it.
- I can't understand this.

- Ik kan het niet begrijpen.
- Ik kan het niet verstaan.

- I can't make head nor tail of it.
- I cannot understand it.

- Ik kan het niet begrijpen.
- Ik kan het niet verstaan.